1947 – Geen verraad óm het verraad

Terug naar de indexpaginaUitleg over tribunaalverslagen in de krant

M.P. Reedijk-Herweijnen te Heinenoord

Aanklacht 7 maart 1947

Mej. M. P. Reedijk-Herweijnen, huisvrouw te Heinenoord, werd ervan beschuldigd, dat zij voor de Duitschers kleeren gewasschen had, huishoudelijk werk in de Weermachtskeuken verricht had èn voorts, dat zij den onderduiker Jan Resoort aan den N.S.B. burgemeester Roodzant verraden had, waardoor deze via het concentratiekamp te Amersfoort naar Duitschland vervoerd was. Besch. voerde aan, dat zij de werkzaamheden voor de weermacht uitsluitend had verricht om daarvoor voedsel in ruil te ontvangen. Ze had, zoo beweerde ze, de Duitschers, die bij haar ingekwartierd waren, als menschen behandeld en wanneer er een jarig was mocht er bij haar thuis een feestje georganiseerd worden. Er waren verschillende verklaringen, die dit bevestigden. Zoo zou besch. b.v. met haar verjaardag veel bloemen hebben gekregen van de Duitschers en wanneer er een nieuwe groep Duitschers in het dorp kwam zou besch. direct „wasch”connecties aangeknoopt hebben. Dat ze Jan Resoort aangegeven had bij burg. Roodzant bekende besch. geheel. De reden hiervan was, dat Jan Resoort bij haar zoon, gelijk met diens zoon, ondergedoken was en haar kleinzoon dagelijks bij haar kwam klagen, dat de vreemde eend in de bijt meer eten kreeg dan hij. De grootmoeder had toen het aangeefplan beraamd om zoo Resoort bij haar zoon vandaan te krijgen, daarbij de gevolgen, die uit deze daad zouden kunnen voortvloeien, geheel niet in overweging nemend. De verdediger, rnr. Jansen, haalde aan dat vele menschen in dien tijd diensten voor de Duitschers verrichten om eten daarvoor in ruil te ontvangen en spr. geloofde niet, dat zijn cliënte daarmede desbewust afbreuk gedaan had aan de Nederlandsche zaak. Aangaande Resoort, die verklaarde geheel geen haat- of wraakgevoelens meer jegens besch. te hebben, meende spr. te mogen constateeren, dat dit geen verraad geweest is óm het verraad, doch om haar kleinzoon, die 14 jaren bij haar gewoond had, de hand boven het hoofd te houden. De raadsman verzocht het tribunaal rekening te houden met besch.’s leeftijd en gezondheidstoestand en haar in vrijheid te laten. 20 Maart uitspraak. 

  

Uitspraak 21 maart 1947

M.P. Reedijk_Herweijnen, huisvrouw te Heinenoord: ontzetting uit de beide kiesrechten en het recht ambten te bekleeden 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *