Terug naar de indexpagina – Uitleg over tribunaalverslagen in de krant
Pieter Bijl te Strijen
Aanklacht 22 november 1946
De koopman Pieter Bijl uit Strijen is onder de Strijensche bevolking heelemaal niet gezien, wat bleek uit de behandeling van zijn zaak. Hij werd ervan beschuldigd geabonneerd geweest te zijn op het Nat. dagblad en dat hij als voorman putten en stellingen had helpen graven, rijwielen en voertuigen had weten te vorderen, Ausweisen had gecontroleerd en gesolliciteerd had naar de vacante betrekking van burgemeester van de gemeente Numansdorp. Verd. verklaarde via het Arbeidsbureau naar Duitschland gegaan te zijn, wat dus geoorloofd was. Op het Nat. Dagbl. had hij zich geabonneerd omdat er geen ander blad was. Wat betreft de vordering van rijwielen, voertuigen e.d. zeide hij, dit gedaan te hebben op bevel van den burgemeester; hij moest dus dit werk wel uitvoeren. Naar Ausweisen had hij gevraagd om te weten of men een Ausweis had, wanneer hij wist dat er een razzia op komst was, en wanneer sommigen dit niet hadden hen te waarschuwen. Toen mr. Van Konijnenburg vroeg wat besch. eigenlijk te Utrecht op het hoofdkantoor van de W.A. moest doen, ontkende verd. eerst daar geweest te zijn, Maar toen de voorzitter bleef aanhouden was hij er wel geweest, alleen om eens wat inlichtingen te vragen én grieven te uiten. Hij vond verschillende dingen van N.S.B.-ers niet goed en ging nu eens „enkele zaken” onderzoeken. Tot een duidelijker uitleg was verd. niet te bewegen. Enkele stukken uit het dossier vertelden verd. echter wel wat. hij had moeten zeggen, want het bleek dat er een levendige correspondentie gevoerd was tusschen de secretarie van Staat en andere hooge instanties over het al of niet aanstellen van Bijl als burgemeester van Numansdorp. Een der leden van het tribunaal vertelde hierna wel eens met verd. in de tram gezeten te hebben terwijl deze laatste een zeer propagandistisch gesprek voerde met een dame over beginsel van en aansluiting bij de N.S.D.A.P., en hij vroeg verd. of hij soms met deze instelling in verbinding stond, daar nergens een spoor te ontdekken was van een lidmaatschap van de N.S.B., wat wel het geval was met verd’s. vrouw en kinderen. Verd. ontkende dit echter. Een getuige, v. d. S., had verklaard dat Bijl hem had gevorderd om in de buurt een werkje op te knappen met paard en wagen. Na herhaald weigeren omdat het paard ziek was, was v. d. S. echter gedwongen geweest te gaan en hij moest twee benzineblikken naar Klaaswaal rijden. Hij reed stapvoets en na een relletje met Duitschers werd een ander gevorderd dit werk te doen. Bijl waarschuwde get. echter, dat hij niet nog eens dergelijke fratsen moest uithalen omdat er anders nog meer zou gebeuren. Kort daarop werd get. naar ‘t Haagsche Veer gebracht wegens het overzetten van personen naar Brabant. Hij verdacht er Bijl van aan Duitschers aanwijzingen gegeven te hebben in zijn richting. Een andere getuige had eveneens be-lastende verklaringen afgelegd.
Uitspraak 6 december 1946
P. Bijl te Strijen: interneering van 3 jaar met aftrek van voorarrest met ontzettingen uit de beide kiesrechten, het recht om bij de gewapende macht te dienen en ambten te bekleeden.