2003 – Vondst landmijnen Oud-Beversoord

Knipsel – ‘Nieuwe vondst van landmijnen in polder Oud-Beversoord’ – 7 november 2003

Bron: Rotterdam Dagblad 7 november 2003

Het zoeken naar niet ontplofte explosieven uit de Tweede Wereldoorlog in polder Oud-Weversoord bij Strijensas blijkt niet vergeefs. Deze week zijn op een dumpplaats opnieuw vijftig landmijnen aangetroffen. Vorige week werd twintig meter verderop al een aantal soortgelijke explosieven verwijderd. Uit een historisch overzicht blijkt dat op die locatie een mijnenveld lag. Andere oorlogsmunitie werd op de eerste opruimingsdag niet aangetroffen, wel veel oud ijzer, bom-scherven en ook een stukje hooivorktand. Afzethekken staan niet om het perceel van vijf hectare waar men minutieus zoekt naar niet ontplofte explosieven en bewakers pa-trouilleren er evenmin. „Normaal gesproken treffen we zulke maatregelen en voorzieningen wel. Veiligheid voor iedereen staat bij ons bedrijf voorop. In een afgelegen gebied als hier hoef je echter zo’n circus niet op te zetten, want je ziet van verre iemand naderen: legt Janjur Monshouwer van het gelijknamige gespecialiseerde bedrijf in Heerjansdam uit.

„Onze mensen hebben opdracht het werk direct stil te leggen als iemand zich binnen de kritieke grens van vijftig meter begeeft. Zo’n persoon krijgt het dringende verzoek zich te verwijderen, pas daarna hervatten zij het zoeken,” wijst hij naar de vier speurende mannen in de vette klei. Vorige week heeft Monshouwer in opdracht van onderzoeksbureau Baricon het perceel gescand op de aanwezigheid van ‘ijzerwaren’ die daar niet horen. De mannen in baggerlaarzen en beschermende kleding gebruiken sinds gisteren de via een GPS-satelliet verkregen gegevens voor een fijnmazig onderzoek. Voorwerpen die ze met hun metaaldetector aantreffen, tot op een diepte van dertig centimeter, worden direct verwijderd en verzameld in kunststof kratten. De inhoud van vijf kratten werd gistermorgen veiliggesteld en elders opgeslagen in een mobiele bunker met een scherftegenhoudende binnenbekleding. ,Dagelijks brengen we aan de gemeente Strijen rapport uit over wat door ons uit de bodem is verwijderd,” vertelt Monshouwer. „Aan derden doen we daarover geen mededeling.” Vorige week werd in het gebied een dumpplaats aangetroffen met 49 landmijnen. Het bijna vergane oorlogstuig wordt volgende week onschadelijk gemaakt door het Explosieven Opruimingscommando (EOC) uit Culemborg. Gespecialiseerd Monshouwer is een van vijf bedrijven in Nederland die gespecialiseerd zijn in satellietgronddetectie en het opruimen van zaken die niet in de bodem thuishoren. „In Nederland liggen nog veel niet ontplofte explosieven onder de oppervlakte die door vliegtuigen zijn afgeworpen. Naar schatting is tijdens de Tweede Wereldoorlog tien procent van de naar beneden gekomen explosieven niet ontploft. Dus valt er nog veel te zoeken en te ruimen,” zegt Monshouwer. Zijn bedrijf was in de Hoeksche Waard onder meer betrokken hij het ruimen van het tracé van de hogesnelheidslijn. „Vreemd genoeg hebben we daar geen explosieven aangetroffen, terwijl dat in het verleden in deze omgeving wel het geval is geweest.” Het onderzoeksresultaat van de eerste fase kan volgend jaar reden zijn voor de opdracht tot een vervolgonderzoek van nog eens 32 hectare polder op het grondgebied van Strijen en ‘s-Gravendeel. Voor Strijen levert het onderzoek een financiële aderlating op. De eigen bijdrage van de gemeente is vastgesteld op 2,50 euro per inwoner. Naast deze basis van ongeveer 25.000 euro wordt Strijen aangeslagen voor twintig procent van de eindafrekening, het rijk betaalt tachtig procent. De tegenvaller is niet opgenomen in de jaarbegroting van Strijen en moet worden betaald uit de algemene reserves.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *