Jaap Koster, een echte leider

Het verhaal van de Klaaswaalse verzetsgroep begint bij Jaap ‘Jack’ Koster in het café aan de Rijksstraatweg. Vanaf 1936 leidde hij daar z’n muziekband – hij speelde zelf piano – maar tijdens de Tweede Wereldoorlog werd hij leider van een veel grotere groep mensen.

De verzetsgroep Klaaswaal werkte eerst op eigen initiatief, maar werd in 1944 onderdeel van het georganiseerde verzet in Nederland onder leiding van Prins Bernhard. Koster leeft niet meer, maar vijftien van zijn 43 mensen nog wel, onder wie F. Bom.

Bij het uitbreken van de oorlog was Bom nog student. “De reden om bij het verzet te gaan was voor iedereen anders”, zegt Bom. “Voor mij was dat het fusilleren door de Duitsers van vijf mensen die ik kende in Westmaas”. Dat was naar aanleiding van een neergeschoten Engels vliegtuig dat in de buurt van de boerderij van de ouders van Bom terechtkwam.

Toen de Engelsen ontdekt werden, pakte de Duitse bezetter de mensen op die hadden meegeholpen hen onherkenbaar te maken met jassen en petten en geprobeerd hadden hen te verstoppen. Door een tip kon Bom – die daar ook bij was geweest – net op tijd wegkomen. Maar dat maakte wel de haat tegen de Duitsers in hem los.

Eerst werkte Bom als verspreider van verzetsbladen als de Vliegende Hollander, Trouw en de Koerier van de Hoeksche Waard voor de Zinkweggroep uit Oud-Beijerland. Via hen hoorde Koster twee jaar daarna over de student uit Klaaswaal en in 1943 vroeg de leider hem voor de Klaaswaalse verzetsgroep. “We kenden elkaar el want ik kwam altijd op de dansavonden van de JK-band”, vertelt Bom.

Hij noemt Koster een ‘vastberaden, gesloten en zelfverzekerde man’. “Koster gaf opdracht en zei dan: niet vragen, mond dicht en opdracht uitvoeren”. Veel leden van de verzetsgroep kenden elkaar ook niet. “Dat was de grote kracht van hem: als je werd gepakt kon je niets vertellen. Maar we hadden ook een duidelijk voorbeeld aan Westmaas, als er iets uitkwam was het fataal”. Pas na 5 mei 1945 hoorde Bom wie er allemaal hadden meegedaan. Voor Bom bleef Koster van het begin tot het einde een echte leider. “Aan het einde van de oorlog zei hij tegen ons: denk erom geen bijltjesdag, geen vertoon van macht en Nederland moet weer een rechtsstaat worden. Er is in de Hoeksche Waard wel wat gebeurd, maar wij hebben nooit meisjeshoofden kaalgeschoren en ook geen bijltjesdag gehouden”. De verzetsgroep hield zich voornamelijk bezig met de opvang van en hulp aan onderduikers en met het verspreiden van illegale bladen.

Het café aan de Rijksstraatweg – waar de Jack Kosterband speelde – bleef van het begin tot het einde commandopost van de verzetsgroep. Aan het begin van de oorlog bleef de band er op zaterdagavond spelen, hoewel Engels-Amerikaanse muziek door de Sicherheitsdienst was verboden. Maar ook de veldgendarmerie – gelegerd in Klaaswaal – kwam op deze avonden. Daarnaast werd het café door verzetsmensen gebruikt voor de opslag van wapens, het oefenen met houten wapens en zelfs, terwijl de Duitsers in de zaal aanwezig waren, het verstoppen van joden onder de vloer. Het café was ook de plaats waar de RTM-tramlijn uit Rotterdam stopte. Er gingen legale vrachten graan en aardappels naar Rotterdam maar daaronder werden illegale ladingen meegestuurd voor de onderduikers. De verzetsgroep profiteerde ook op een ander wijze van de aanwezigheid van de RTM. Er lag namelijk ook een lijn tussen het café en de Numansdorpse haven, waarna vracht met een boot het Hollandsch Diep overging naar Willemstad. Er was daarom tevens een telefoonlijn aangelegd. Met die lijn konden de verzetsmensen troepenverplaatsingen en geschutstellingen naar het inmiddels vrije Brabant doorgeven.

“We fietsten dan in de omgeving rond om te kijken wat er gebeurde”, vertelt Bom. “We gingen dan bij mensen langs en zonder te laten merken dat we van het verzet waren, vroegen we zo langs onze neus weg: zijn er geen troepen meer? Maar de lijn werd vlak voor het einde van de oorlog ontdekt en toen hebben we er ook geen gebruik meer van gemaakt”. Aan het einde van de oorlog hielp de verzetsgroep Hoekschewaarders die het Hollandsch Diep overgingen naar het bevrijde Brabant, de zogeheten crossings. Er werd ondermeer een poging gedaan vanaf Strijensas, maar die mislukte. Daarbij is een aantal mensen doodgeschoten. Na de bevrijding was de Kostergroep nog actief bij het bewaken van de gevangen genomen Duitsers en de mijnenvelden. Koster is zelfs nog enkele weken burgemeester van Klaaswaal en Numansdorp geweest. Ook de band speelde weer in het café.

Voor Klaaswaal is de naam van de verzetsleider nog bekend: het toenmalige café bestaat nog en heet nu zaal Koster. Tevens is er een Jaap Kosterstraat. Met het nieuwe monument in Klaaswaal wordt de gehele verzetsgroep herdacht.

Knipsel ‘Jaap Koster, een echte leider’ – De Dordtenaar 1995

jaapkoster-dedordtenaar-1995-01

jaapkoster-dedordtenaar-1995-02

1 Comment

Add a Comment
  1. Het zit hem in de naam.Mijn opa Jacob Koster zat bij de LO Drenthe en bij Je maintiendrai en kwam als verzetsman om in een concentratiekamp Neuengamme

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *