Willem Hoek, † 15 november 1944

willemhoek-uitsnede-01Willem Hoek werd geboren op 8 februari 1884 als zoon van Jan Hoek (4 oktober 1856, Nieuw-Beijerland) en Leuntje van der Hoek (3 januari 1856, Piershil). Jan en Leuntje trouwden op 5 mei 1881 te Piershil en kregen 3 kinderen: Elisabeth (30 januari 1882), Willem en Jan (20 oktober 1888). Hij staat vermeld op het Monument Burgerslachtoffers WO2 Korendijk

Twee keer doodgeschoten

In november 1944 werd de Zuidzijde, behorende tot Nieuw-Beijerland, opgeschrikt door een laffe oorlogsdaad. In de oorlogsjaren daarvoor was het betrekkelijk rustig geweest in deze buurtschap. Het Duitse bezettingsleger had weliswaar zijn intrek genomen in vrijwel alle woningen, maar zoals overal in Nederland moesten deze soldaten zich aan de regels houden. Zo kon een Duitse soldaat die op eigen houtje een kip kwam vorderen worden aangegeven bij de Ortskommandant, de plaatselijke Duitse baas. De Duitse soldaten verbleven graag in Nederland, ons land werd zelfs gebruikt om de soldaten even rust te geven. Kerstvieringen werden niet zelden door Nederlanders en Duitsers gezamenlijk bijgewoond. Na de inundatie van het gebied in 1944 werd de rust regelmatig verstoord door een bijzondere manier van vissen. Wanneer de Duitsers een handgranaat in het water gooiden kwamen er bewusteloze vissen boven drijven. Een levensgevaarlijk bezigheid, zoals één Duitse soldaat ook ondervond. De rust werd in de laatste oorlogsjaren ook verstoord door het onheilspellende geluid van overvliegende V1’s. Men zag hoe deze Duitse projectielen ter hoogte van Bergen op Zoom door de geallieerden onder vuur werden genomen.

Binnen de hechte Zuidzijdse gemeenschap veranderde de verstandhouding met de bezetter drastisch toen het gebied werd overspoeld door terugtrekkende Duitse militairen. Dit waren frontsoldaten die, gehard en vermoeid door de strijd, geen enkel weerwoord duldden. Voor hun komst was het zaak de Duitsers te laten merken dat je niet bang voor hen was, je kon ze gerust een weerwoord geven wanneer er iets niet beviel. Na hun komst kon een dergelijke houding levensbedreigend zijn, zoals de aldaar wonende Willem Hoek ondervond. Hij stond bekend als een eenling die zich niet de wet liet voorschrijven. Over de inkwartiering van de Duitsers aan de Zuidzijde had de zestigjarige Hoek een uitgesproken mening. Tegen Arie Schelling, destijds geëvacueerd bij diens oom Jan van der Giessen aan de Noorddijk, had hij gezegd: “Als de Duitsers komen voor inkwartiering, steek ik ze aan de riek”. In een brief, gedateerd 14 november 1944, schreef Willem Hoek aan zijn zus Elisabeth: “De Zuidzijde zit ook vol, in elk huis hoe klein of vol, zijn twee tot zeven soldaten ingekwartierd, alleen ik heb er tot heden geen last van, ook wonderlijk”.

De dag daarna werd er om half een in de middag toch aangeklopt op het adres Zuidzijdsedijk B102 (tegenwoordig nummer 54) door de terugtrekkende Duitse soldaten. Toen er geen reactie kwam zijn de Duitsers via de kleine keuken aan de achterzijde, die samen met een kleine slaapkamer op zolder en een stal voor het vee ter beschikking was gesteld aan de familie Koesveld, het huis binnen gekomen. Willem Hoek had zich verschanst in zijn slaapkamer en weigerde de deur te openen. Barend Koesveld en echtgenote probeerden Hoek te overreden de deur te openen. Ook probeerden ze tijd te winnen door de Duitsers naar de voordeur te sturen, om in de tussentijd Hoek te overtuigen van de ernst van de situatie. De Duitsers bleven echter volharden in geschreeuw en sommeerden Hoek de deur te openen. Toen hij dat eindelijk deed kwam meteen zijn hooivork tevoorschijn. In zijn slaapkamer werd Hoek daarna enkele malen beschoten. De dokter werd gewaarschuwd en voor de achterdeur werd een Duitse schildwacht geposteerd. Vanuit het keukentje hoorde Mevrouw Koesveld de gewonde Hoek roepen maar ze mocht niet naar hem toe. Toen ze even later in de stal was kwam hij naar haar toe gekropen en zei: “Ze hebben me twee keer doodgeschoten”. Hij slaagde er nog in zijn sleutels naar mevrouw Koesveld te werpen en maakte duidelijk dat zijn kostbaarheden in veiligheid gebracht moesten worden. Teun Vos, destijds ondergebracht met zijn vrouw en zoon bij zijn schoonmoeder Wander, en Barend Koesveld hebben de gewonde Willem Hoek naar binnen gedragen en op bed gelegd. Om half drie die middag is Willem Hoek overleden. Dokter Doornbos kon niets meer voor hem doen en noteerde als doodsoorzaak op de akte van overlijden ‘schot in de buik’.

Omdat de Duitse soldaten hadden aangegeven al in de avond het huis te willen betrekken is het lichaam door Teun Vos en de buurtbewoners Willem Troost en Willem Tak met een karos naar het lijkenhuisje in Nieuw-Beijerland gebracht. Met behulp van de sleutels die Hoek aan mevrouw Koesveld had gegeven werd zijn kluis geopend. De inhoud werd gedeponeerd bij een notaris. Vlak nadat ook andere bezittingen waren veilig gesteld kwamen de Duitsers, die tot april 1945 in het huis bleven wonen. De begrafenis van Willem Hoek vond plaats op 18 november 1944 op de Algemene Begraafplaats te Nieuw-Beijerland, onder toeziend oog van Teun Vos, die ook alle bijbehorende formaliteiten voor zijn rekening heeft genomen.

Foto’s en afbeeldingen Willem Hoek

Willem Hoek poseert samen met zijn nicht.

willemhoek-foto

Groepsfoto van de reisvereniging Zuidzijde.

zuidzijde-reisvereniging

Uitsnede van bovenstaande foto; Willem Hoek.

willemhoek-uitsnede-02

Ansichtkaart Zuidzijde, links het voormalige huis van Willem Hoek.

ansicht-linkshuizehoek

Deze vijf foto’s werden gemaakt voordat het pand werd verbouwd.

voorverbouwing-01 voorverbouwing-02 voorverbouwing-03 voorverbouwing-04 voorverbouwing-05

Het pand op 13 juli 2010, bewoond door de familie Quist.

zuidzijdsedijk54-13juli2010

Familiebericht.

willemhoek-advertentie-krant

Brief van de firma Troost inzake de begrafenis.

brief-troost

Foto ‘Erebegraafplaats Loenen’ – mei 2024 (bron: Museum Hoeksche Waard)

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *