Toen de oorlog begon, deel 18 (Slag om de Barendrechtse brug)

Knipsel ‘Toen de oorlog begon – deel 18 (Slag om de Barendrechtse brug)’ – AD Rotterdams Dagblad, editie Hoeksche Waard, 13 mei 2015

AD-logoOp 13 mei 1940, vandaag 75 jaar geleden, kreeg het Duitse 33de Pantserregiment het bevel een tankpeloton te sturen naar de Barendrechtse brug, globaal waar nu de Heinenoordtunnel ligt. Dat was om steun te geven aan de eigen luchtlandingsdivisie. De Duitse luitenant Grix beschreef, na de Nederlandse capitulatie, de gevechten van die dag. ‘Leutnant’ Grix neemt met zijn Panzer III tank de leiding, ondersteund door vier Panzer II tanks. „Onze troepen hielden de noordoever bezet en verhinderden het opblazen van de brug. Doorbraakpogingen van de Nederlanders werden telkens afgeslagen, maar deze nacht werd een sterkere aanval verwacht,” zo meldt hij in die meidagen. Omdat tankondersteuning in de nacht niet mogelijk is, wordt in de vooravond besloten onmiddellijk een tegenaanval in te zetten. „Door alle officieren van het bataljon werd mij verzekerd dat de tegenstander noch artillerie, noch pantserafweergeschut bezat.” Twee tanks stellen zich op als vuurdekking achter de dijk, de overige tanks rijden tot aan de oprit. Het bevel wordt gegeven om met de hoogste snelheid en met het vuur uit alle wapens de brug in te nemen. „Mijn tank had twee derde van de afstand afgelegd, toen op 150 meter voor mij pantserafweergeschut begon te vurén. Het eerste schot doorboorde de tank en verwondde bestuurder en geschutlader.” Het tegenvuur van de Duitse wapens op het Nederlandse pantserafweergeschut blijft zonder succes. Vijftien meter na het oversteken van de brug krijgt de tank van Grix een vierde voltreffer te verwerken. „De aandrijving was verbrijzeld en de tank onbeweeglijk. Daar de geschuttoren niet meer gedraaid kon worden, gaf ik bevel het voertuig te verlaten.” Bij het uitstijgen ziet de Duitser dat twee andere tanks eveneens door voltreffers buiten gevecht zijn gesteld. De overige bemanningen zoeken dekking bij de RTM-rails op het brugdek. Grix schrijft: „Tot aan het invallen van de duisternis werden wij met artillerie, mortieren en mitrailleurs beschoten. De voorste Nederlandse mitrailleurs lagen slechts op dertig meter van ons verwijderd. We hoorden elk commando en het laden van de wapens.” In het donker slagen de Duitsers er lopend in, de gewonden meetrekkend, de brug weer over te steken en de eigen stelling te bereiken. De gewonden worden met twee wagens direct naar de hoofdverbandplaats Barendrecht vervoerd en van daar naar het lazaret in Rotterdam gezonden. De slag om de Barendrechtse brug krijgt een merkwaardige afloop, zoals beschreven staat in ‘Meer schetsen uit de nacht Barendrecht 1935-1950’ van Hans Onderwater. „Hoewel het pantserafweergeschut er in slaagde drie van de vier tanks uit te schakelen, verspreidde zich het gerucht dat de brug door de Duitsers was veroverd. In paniek werd het bevel gegeven ons in zuidelijke richting terug te trekken. Dit leidde er weer toe dat ten onrechte de Hoeksche Waard werd ontruimd en het Nederlandse leger zich over het Spui terugtrok.” Ondanks het verlies van drie tanks, enkele doden en gewonden en de gedwongen terugtrekking wordt de actie als een volledig succes beschouwd door de Duitsers. Grix: „Op grond van hun voorbeeldige prestatie en houding verzoek ik Feldwebel Peitsch, Obergefreiter Igges en Gefreiter Kraus voor te dragen voor het IJzeren Kruis 2e klasse.”

Andere artikelen over dit onderwerp:

13 mei 1940: Verslag Leutnant Grix (Barendrechtse brug): klik hier

toendeoorlogbegon-deel18-slag-om-barendrechtse-brug-adrd-13mei2015

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *