2002 – Broers in ‘t Veld op zoek naar gegevens verzetsstrijder Jodocus

Meer informatie m.b.t. Johannes Kolf: zie Expositie de Overval en Boek Johannes Kolf

KLAASWAAL – De broers Ruud en Bert in ‘t Veld uit Klaaswaal zijn bezig met het achterhalen van gegevens van hun oom Johannes Kolf (f), verzetsstrijder Jodocus. Jodocus is in de Tweede Wereldoorlog met name in de Hoeksche Waard en in Rotterdam-Hillegersberg ondergedoken geweest. Hun oom Jo Kolf(f), broer van onder meer hun moeder Christina in’t Veld-Kolf, is een zoon van Krijn Kolf en Pleuntje Hensen. De familie was woonachtig aan de Nieuwstraat in Westmaas. De meest bekende actie waar Jodocus aan deel genomen heeft is de Overval op het Huis van Bewaring/Bijzondere Strafgevangenis in Leeuwarden op 8 december 1944. De film en het herdenkingsboek over De Overval zijn aan hem opgedragen omdat hij als enige van de groep die de gevangenis ingegaan is om de verzetsmensen te bevrijden, de oorlog niet overleefd heeft. Voor de oorlog was Johannes Kolf in dienst bij de Politietroepen, de Militaire Politie. Na de capitulatie van het Nederlandse Leger zijn de Politie Troepen ontbonden en is het personeel verdeeld over de verschillende burger politiekorpsen. Johannes Kolf is toen bij de politie in Utrecht werkzaam geweest. Aangezien hij zich niet kon verenigen met de handelswijze en de opdrachten die de Politie diende uit te voeren, nam hij op 29 mei 1942 ontslag.

Medio mei 1943 kwam hij in Bergum in Friesland terecht bij de Familie Douma. De dochter van deze familie, Klaske Douma, was koerierster voor het verzet. In deze periode nam hij al regelmatig deel aan verschillende verzetsacties, met name als deelnemer van een KP. KP, dat voor Knok Ploeg staat, was de gewapende tak van het verzet. Deze groepen pleegden overvallen op bijvoorbeeld gemeentehuizen en distributiekantoren om de onderduikers van de noodzakelijke persoonsbewijzen en distributiebonnen te voorzien.

Bekend is dat Johannes Kolf als verzetsvoornaam Jodocus had en in deze periode de achternamen Hartog en Verbeek gebruikte. Hij nam in deze periode wel deel aan acties van de KP, doch verbleef niet permanent bij de KP-ers. Na elke actie keerde hij weer terug naar Bergum. Tot eind 1943 is hij bij de familie Douma in huis gebleven. Op 12 juli 2002 hebben Ruud en Bert in ‘t Veld gesproken met de broer van Klaske Douma, de heer Rinze Douma, woonachtig in Surhuisterveen. Klaske Douma is nu 86 jaar. Hij heeft Johannes persoonlijk gekend. Van hem hebben de broers verschillende documenten en gegevens ontvangen over hun oom, zijn zuster Klaske en de gebeurtenissen in deze periode. Rinze Douma was namelijk in het bezit van verschillende documenten van zijn in 1986 overleden zus Klaske.

Na deze periode (mei- najaar ’43) is Jodocus ondergedoken geweest in de boerderij Legauke onder Opeinde van Reinder de Vries. Deze boerderij was het onderkomen van de Knokploeg uit de gemeente Smallingerland. Hij was op de boerderij aanwezig op 21 november 1944 toen deze door vijf Duitsers overvallen werd. Twee zoons van Reinder de Vries en een onderduiker werden door de Duitsers direct doodgeschoten. In het daarop volgende vuurgevecht tussen KP-en en de Duitsers werd de Duitse commandant door de KPers dood-geschoten en bliezen de Duitsers aftocht. De overige familieleden van Reinder de Vries, de onderduikers en de KP-ers zijn vervolgens door de polders en kreken gevlucht. Bekend is dat Jodocus na de invasie nog ongeveer een maand terug geweest is in het westen van Nederland. Hij zou namelijk van plan geweest zijn om zich, als ex-militair, aan te sluiten bij de geallieerden om zo te helpen bij de bevrijding van Nederland. Blijkbaar is dit niet gelukt want na ongeveer een maand was hij weer terug in Friesland. Hij heeft zich toen permanent aangesloten bij de KP. De meest bekende actie waaraan Jodocus deel genomen heeft is de Overval op het Huis van Bewaring/Bijzondere Strafgevangenis in Leeuwarden op 8 December 1944. Bij deze overval zijn 51 verzetsmensen bevrijd waaronder de familie Douma en Klaske, de mensen waarbij hij in 1943 was ondergedoken!

Op 29 januari 1945 is Jodocus, toen de SD een huiszoeking deed op het adres waar hij toen ondergedoken was in Leeuwarden, op de vlucht geslagen. Doordat er sneeuw lag en hij op klompen liep kon de SD-er de afstand tussen hen verkleinen. De SD had al diverse schoten op hem afgevuurd zonder hem te raken. Toen Jodocus, die zelf ook in het bezit was van een pistool, terug wilde schieten, bleek zijn pistool te weigeren. Hij werd door een kogel van een SD-er dodelijk getroffen en is in het Ziekenhuis van Leeuwarden overleden. Hij is eerst in Leeuwarden begraven. Op 14 augustus 1945 werd Johannes Kolf in Westmaas herbegraven. De Film en het herdenkingsboek over De Overval zijn aan hem opgedragen omdat hij als enige van de groep die de gevangenis overvielen om de verzetsmensen te bevrijden, de oorlog niet overleefd heeft. Over deze Overval is bij Ruud en Bert in ‘t Veld voldoende informatie bekend. „Over zijn activiteiten ervoor en erna was bij aanvang van onze naspeuringen echter niets bekend. Deze gegevens proberen wij nu te achterhalen. Hiervoor hebben wij een bezoek gebracht aan het Politiebureau in Utrecht, de Strafgevangenis in Leeuwarden waar wij binnenkort een rondleiding krijgen, het Verzetsmuseum, het Rijksarchief en de Provinciale Bibliotheek in Leeuwarden. Hier hebben wij al zinvolle gegevens gevonden. Er ontbreekt echter nog veel.” De broers proberen bijvoorbeeld te achterhalen in welke plaatsen Jodocus in welke periode geweest is, bij wie hij in huis geweest is en aan welke verzetsacties hij deelgenomen heeft. Zo hebben de broer In ‘t Veld bijvoorbeeld van hun moeder ge hoord dat hij ondergedoken geweest is op het gemeentehuis van Mijnsheerenland. „De heer Klaas Dirkse zou hem hier onderdak verschaft hebben. Onbekend is echter wanneer dit geweest is en hoe lang. Ook zou hij bij een neef van hem, Leen Kolf, ondergedoken geweest zijn in Rotterdam-Hillegersberg.” Ruud en Bert in ‘t Veld hopen dat er nog mensen zijn die Jodocus (Johannes Kolf(f) gekend hebben en informatie voor hen hebben uit deze periode. „Wellicht zijn er kinderen die van hun ouders verhalen gehoord hebben, documenten of foto’s gekregen hebben. Ook tips waar wellicht informatie verkregen kan worden vernemen wij graag.”

Knipsel ‘Broers in ‘t Veld op zoek naar gegevens verzetsstrijder Jodocus’ – 10 oktober 2002

broers-intveld-opzoeknaargegevens-jodocus-10okt2002

10 oktober 2002

Knipsel ‘Neefs proberen gaten verleden te achterhalen’ – Kompas 11 oktober 2002 

neefs-gaten-verleden-kompas-11oktober-2002

Knipsel ‘Johannes Kolf was thuis geen pronkstuk’ – RD 12 oktober 2002

Een Westmaasser stierf op 29-jarige leeftijd in het verzet tijdens de Tweede Wereldoorlog. Zijn neven proberen nu zijn leven te reconstrueren. Hun zoektocht heeft hen inmiddels geleerd dat Johannes Kolf een doener was met een sterke levensfilosofie over wat goed en slecht is. Maar het verhaal vertoont nog steeds hiaten.

Leeuwarden, 8 december 1944. In de vroege vrijdagavond bellen twee politiemensen aan bij de poort van de Leeuwarder strafgevangenis. De gevangenis zit op dat moment vol met mensen die op een of andere manier de Duitsers de voet dwars zetten. Geregeld brengen Duitse en Nederlandse politiemensen gevangenen langs. Ook dit keer hebben de politiemensen drie arrestanten bij zich. Zonder al te veel moeite worden ze binnengelaten. Op het moment dat de administrateur zoals gebruikelijk de gevangenen wil inschrijven, ziet hij echter ineens een pistool onder zijn neus verschijnen. ‘Dit is een overval. Handen omhoog!’. Het is het begin van de kraak in de Leeuwarder gevangenis, waarbij het verzet 51 gevangenen hun vrijheid teruggaf. Een van de gevangenisovervallers was de Westmaasser Johannes Kolf. Het levensverhaal van deze Hoeksche-Waarder leest als een spannend jongensboek. Kolf, geboren in 1915 was toen de Tweede Wereldoorlog begon in dienst bij de politietroepen van de militaire politie. Na de capitulatie van het Nederlandse leger werden de politietroepen ontbonden en het personeel verdeeld over de verschillende burgerpolitiekorpsen in het land. Kolf kwam terecht bij de politie in Utrecht. Maar genoeg gekregen van het dienen van de Duitsers, nam hij in mei 1942 ontslag. Een jaar later duikt Kolf plotseling op in het Friese Bergum. Hij vindt daar onderkomen bij de familie Douma. De dochter van het gezin, Klaske, is koerierster in het verzet.

Ook Kolf neemt in deze tijd geregeld deel aan verzetsacties. Hij is aangesloten bij een knokploeg (KP), de gewapende tak van het verzet. De knokploegen pleegden overvallen op gemeentehuizen en distributiekantoren om onderduikers van de noodzakelijke persoonsbewijzen en distributiebonnen te voorzien. Kolf opereert in deze periode onder de naam Jodocus, maar blijkt ook geregeld de namen Hartog en Verbeek te gebruiken. In het najaar van 1943 duikt Kolf onder op boerderij Legauke van Reinder de Vries, gelegen onder het dorp Opeinde. De boerderij was het onderkomen van de knokploeg uit de gemeente Smallingerland. Op 21 november 1944 wordt de Legauke overvallen door vijf Duitsers. Twee zoons van De Vries en een onderduiker worden neergeschoten en er is een vuurgevecht. Toch weten Kolf en enkele andere bewoners van de boerderij uiteindelijk weg te vluchten door de polders en de kreken. Korte tijd later duikt de Westmaasser weer op in Friesland, nu voorgoed aangesloten bij de K.P. De overval van de Leeuwarder strafgevangenis maakt hij nog mee maar het einde van de oorlog zou Kolf niet meer halen. Bij een huiszoeking van zijn onderduikadres in Leeuwarden, wordt hij na een laatste vluchtpoging neergeschoten door iemand van de Sicherheitsdienst. Hij overlijdt op 29-jarige leeftijd in het ziekenhuis van Leeuwarden, de stad waar hij ook wordt begraven. Na de oorlog, op 14 augustus dat jaar, wordt Kolf in Westmaas herbegraven. De film en een boek gewijd aan De Overval, worden als eerbetoon aan hem opgedragen. Van de groep overvallers was Kolf de enige die de oorlog niet overleefde.

Antwoord Klaaswaal, oktober 2002. Lange tijd was het verleden van hun oom Johannes Kolf voor de broers Bert en Ruud in ‘t Veld niet veel meer dan een tweetal foto’s in de kamer van hun oma. In diezelfde kamer hing ook een oorkonde ‘Van de bevrijden voor de bevrijders’. Veel werd er thuis niet over hun oom gesproken. „Het werd niet doodgezwegen. Als wij er vragen over stelden, kregen wij wel een antwoord. Maar hij was thuis geen pronkstuk,” vertelt Bert (47). Ruim 57 jaar na de oorlog proberen de twee broers alsnog het levensverhaal van hun oom compleet te krijgen. Hoewel ze al van jongs af aan waren geraakt door het bijzondere verleden van hun oom, beseften beiden dit jaar pas dat, wilden ze de missende stukjes vinden, het nu of nooit was. Ooggetuigen uit die tijd zijn immers al behoorlijk op leeftijd. Uit de oorlogstijd bezit de familie zelf amper informatie. „Communicatiemiddelen waren toen heel beperkt en het was voor iemand in het verzet ook levensgevaarlijk om contact met z’n familie te zoeken,” benadrukt Bert. „Soms kwam hij wel eens thuis, maar bij het minste of geringste vluchtte hij weer weg. Het huis van onze moeder werd geregeld omsingeld door de Duitsers. Afgelopen juni pakten de broers daarom ‘op de bonnefooi’ de trein naar Leeuwarden. En hoewel niet zo spannend als het verhaal van hun oom, de zoektocht van de In ‘t Velds is sindsdien uitgegroeid tot een verhaal op zichzelf. „We hebben gesproken met mensen uit de politietroepen en vrienden uit het verzet. „We komen steeds een stapje verder,” stelt een tevreden Bert. Zo spraken ze met de 82-jarige Hans Deinun, een van de 25 deelnemers aan de Overval. Het was Deinun die Kolf zijn verzetsnaam Jodocus gaf. Beide broers ontmoetten ook Rinze Douma, de broer van Klaske die zelf in 1986 overleed. Kolf woonde jarenlang bij het gezin. „Hij vertelde ons dat de familie niet wist waar onze oom vandaan kwam en zich ook nooit heeft afgevraagd wat zijn achtergrond was.” Gaten Het enthousiasme waarmee mensen hun verhaal doen, zorgt ervoor dat de In ‘t Velds hun zoektocht telkens vervolgen, want veel tijd kost het wel. „Iedereen is zo behulpzaam,” stelt Ruud (44). „Mensen spannen zich ontzettend in om ons te helpen. Tja, dan is er natuurlijk geen weg meer terug.” Maar hoewel de map met informatie blijft groeien, vertoont het levensverhaal van Johannes Kolf nog steeds enkele gaten. Zo zoeken de broers nog informatie uit de periode voor de oorlog, en dan met name voor 1937. Maar ook over de periode na 1942 is nog niet alles bekend. „We willen nog weten in welke plaatsen hij in welke periode is geweest, bij wie hij in huis zat, en aan welke verzetsacties hij heeft deelgenomen. Er moet nog meer bekend zijn, want van onze moeder hebben we begrepen dat bij ook een tijdje ondergedoken heeft gezeten in het gemeentehuis van Mijnsheerenland. Hij zou daarbij geholpen zijn door Klaas Dirkse,” vertelt Ruud. Kolf zou ook een tijdje bij een neef, genaamd. Leen Kolf, zijn ondergedoken in Rotterdam-Hillegers-berg. De In ‘t Velds hopen uiteindelijk het volledige verhaal van hun oom te kunnen bundelen tot een boekwerk van documenten, foto’s en ooggetuigenverslagen. Desondanks beseffen ze dat sommige vragen wel altijd onbeantwoord blijven. „Hij moet in die tijd voor een continue dillemma hebben gestaan,” vermoedt Ruud. „Hij was heel gelovig opgevoed maar werd toch een aantal keer gedwongen om te kiezen voor zijn eigen veiligheid of het neerschieten van de vijand. Dat zijn besluiten die eigenlijk indruisden tegen zijn opvoeding en zijn geloof. Het moet een continue innerlijke strijd zijn geweest die hij moest voeren.” Wat ze inmiddels uit de verhalen wel steeds duidelijker wordt, is dat hun oom geen praatjesmaker was. .,,Het was een doener, iemand met een introvert karakter en een gevoel voor onderkoelde humor,” vertelt Ruud. „Hij had bovendien een sterke levensfilosofie over wat goed en slecht was. Misschien verklaart dat waarom hij in het verzet is beland.”

johannes-kolf-thuis-geen-pronkstuk-rd-12okt2002

1 Comment

Add a Comment
  1. L.S.

    Momenteel ben ik bezig een boek te schrijven over de 26 overvallers van de Leeuwarder gevangenis die op 8 december 1944 plaatsvond. Jo Kolf uit Westmaas was een van deze overvallers. Voor een portret van zijn leven heb ik gebruik gemaakt van het boek van zijn neven. Inmiddels heb ik zelf nog veel meer van Jo’s verzetsactiviteiten in Friesland kunnen achterhalen.

    Groet

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *